Utrecht is om veel dingen bekend. De Vrede die ons internationale allure bracht. De Domtoren die bijna wegwaaide. De werfkelders onder straatniveau en natuurlijk het broodje Mario. Ja, de ideologische vader van de Italiaanse bol koos halverwege de jaren 70 Utrecht om met deze lekkernij zijn brood te verdienen. Heel wat Utrechters zijn er mee opgegroeid, maar slechts weinig Italianen herkennen er iets van hun vaderland in.
Eten Italianen geen brood dan?
Ja hoor, ondanks dat weinig Italiaanse maaltijden helemaal uit brood bestaan, eet de gemiddelde Italiaan 90 gram brood per dag. Om dat gewicht even in perspectief te plaatsen, in Nederland is dat gemiddeld 133 gram.
Brood eten Italianen vooral bij de pasta. Soms ligt het met de grissini al op tafel vóór het eten opgediend wordt. Als je de regels van de galateo volgt, snoep je er niet van voor je eten er is. Maar je kunt er gerust van door blijven eten tijdens het hoofdgerecht.
Dus een broodje is geen volwaardige maaltijd?
Ik vind van wel, maar over het algemeen worden ze niet als zodanig gezien. Jaren geleden logeerden wij bij vrienden aan de kust onder Rome. ’s Ochtends vroeg gingen we naar het strand. En ondanks dat we heerlijke broodjes meenamen, gingen we rond een uur of 2 naar huis om te lunchen.
Het beleg van Italiaanse broodjes is trouwens een verhaal apart. Geen plakjes kaas, maar een omelet of een cotoletta, een schnitzel, die aan alle kanten uit het broodje steekt.
Italianen zijn dus juist gék op brood
Maar eten vooral de ambachtelijke variant. 88% van het brood dat zij eten komt bij de bakker vandaan. In Nederland is dat net 25%, de rest halen we bij de supermarkt.
En iedere regio is beroemd om zijn brood. Toscaans brood is zoutloos en smaakt een beetje zurig. In Matera gisten ze het deeg met fruit, voor ze er broden van soms wel 5 kilo van maken. In Sardinië maken ze pane carasau, flinterdun brood, waar je bijna doorheen kunt kijken.
Ik ben gek op álle broodsoorten, maar mijn favoriet is de Siciliaanse brioche gevuld met ijs. Beter kan brood niet worden en ik grijp dan ook iedere gelegenheid aan er één te eten.